De Bruine kikker (Rana temporaria)

Verspreiding en Habitat:
De bruine kikker komt in vrijwel heel Nederland voor en is het meest algemene amfibie van Nederland. Ook in Europa is de bruine kikker één van de meest algemene amfibieën. De bruine kikker stelt weinig eisen aan zijn habitat en komt daarom bijna overal in redelijke aantallen voor. De bruine kikker is één van de soorten die regelmatig in tuinen gevonden wordt. De bruine kikker plant zich bij voorkeur voort in ondiep water met een rijke vegetatie (ook in tuinvijvers). Buiten het voortplantings-
seizoen brengen ze het grootste deel van hun tijd op het land door.


Levenscyclus:
De bruine kikker is één van de vroegst actieve kikkers in het voorjaar. In begin maart begeven bruine kikkers zich al richting hun voortplantingswateren. Deze afstand, die kan oplopen tot wel 10 kilometer, overbruggen bruine kikkers 's nachts. Vrouwtjes leggen 700 tot 4500 eitjes, verdeeld over één of meerdere klompen kikkerdril die worden afgezet in ondiep water. De larven van de bruine kikker voeden zich met algen. Na één of twee weken komen de eitjes uit en eind juni klimmen de gemetamorfoseerde bruine kikkertjes uit het water. De jonge bruine kikkers zijn na twee tot drie jaar geslachts-
rijp. De bruine kikker overwintert verscholen onder boomstronken, stenen en in holen.


Beschrijving:
De bruine kikker is een forse kikker die tot 11 centimeter groot kan worden. De bruine kikker heeft een stompe snuit, korte achterpoten, is robuust gebouwd en hun kleur varieert van bruin tot groen. Bruine kikkers zijn echter altijd te herkennen aan hun donkerbruine vlek die van hun oog naar hun schouder loopt. De bruine kikker is zowel overdag als 's nachts actief. De bruine kikker eet insecten, wormen, slakken en andere kleine ongewervelde dieren. Bruine kikkers kunnen 10 jaar of zelfs ouder worden in het wild.