Beschrijving
De afmeting van een Geelsprietdikkopje is tussen 24 tot 27 mm. De grondkleur van het geelsprietdikkopje is oranje. Dit vlindertje wordt vaak voor een nachtvlinder aangezien, vanwege zijn korte vleugels en relatief dikke lichaam.
Biotoop
Droge en vochtige verwilderde graslanden, zowel op kalkrijke als niet-kalkhoudende bodems.
Verspreiding
In onze streken : het geelsprietdikkopje is een algemeen voorkomende soort.
In Europa : het geelsprietdikkopje komt voor in heel Europa met uitzondering van laaggelegen gebieden in Zuid-Europa en grote delen van Midden-Scandinavië.
Waardplanten
Verschillende grassoorten.
Rups
Het eirupsje overwintert in een individueel coconnetje in de schede van een dorre grasstengel. Tot 25 mm. Lijf is grasgroen met witgroene lijnen op rug en flanken. Kop geelachtig groen met een vage donkerder veeg in het midden. De kop is wat afgesnoerd. In het voorjaar en de voorzomer gaat de rups eten en groeien. Zie ook bij het zwatsprietdikkopje.
Vliegtijd
Het geelsprietdikkopje vliegt in één generatie per jaar, van eind juni tot half augustus.
Overwintering
Als pas uitgekomen rups in een cocon aan een grashalm.
Wetenswaardigheden
Het geelsprietdikkopje lijkt veel op het zwartsprietdikkopje, Thymelicus lineola, waarmee het kan verward worden.
Nederlandse synoniemen
Bosdikkopje, geel dikkopje, gestreept dikkopje.
Tips
Deze zomervlinders houden vooral van nectar van schemerbloemigen, Umbelliferae, zoals wilde peen, Daucus carota, en distelsoorten zoals ryngium. In een grote tuin kunt u hier en daar een grasveldje een volledig jaar ongemaaid laten, zodat geelsprietdikkopjes hun volledige levenscyclus kunnen afwerken.