Gedragsontwikkeling
In de eerste twee weken van een kitten zijn ze geheel hulpeloos. Ze reageren op aanraking van warmte maar kunnen nog niks horen of zien. Dan, in week drie en vier gaan de oogjes en de oortjes open. De moeder begint in deze periode haar prooi mee te nemen naar het nest zodat de kittens deze kunnen verkennen.
Voor een goede ontwikkeling van een kitten in de sensitieve periode (2 tot en met 8 weken oud) het belangrijkste. Alles wat de kitten in deze periode leert of niet leert heeft effect op het verdere leven van de kitten wat betreft zijn individuele ontwikkeling. Het is dan ook belangrijk dat er in deze periode veel ervaringen opgedaan worden. Denk hierbij aan opgepakt worden door veel verschillende mensen, mee in de auto, naar de dierenarts, op de stofzuiger zetten, met andere dieren in contact brengen etc. Vergeet hierbij niet de rust die het kitten ook nodig heeft en de behoefte tot drinken. Je kan het kitten dus niet uren bij de moeder vandaag halen, zeker in de 2e tot en met 4e week nog niet.
Zijn kittens ziek in de eerste 8 weken van zijn leven zien we vaak dat deze katten erg aanhankelijk zijn hun verdere leven, meer dan goed en gezond voor ze is.
Wordt een kitten door omstandigheden opgevoed door een menselijk surogaatmoeder zien we dat deze niet goed om leert gaan met zijn frustraties. Tevens wordt de spelfunctie met het nest en de moeder onderschat. Kittens die voor de 12-14 weken bij de moeder weggehaald worden vertonen maar al te vaak spelagressie. (Dit is NIET af te leren door middel van straf. Doet men dat wel maakt de persoon een emotioneel wrak van zijn kat).
Iets wat erg belangrijk is, is dat je het hele leven van de kat met hem blijft spelen. In de natuur besteden ze zes uur per dag aan jagen. Dit toont dus wel aan hoe belangrijk het is dat de kat actief bezig gehouden dient te worden, zeker als het om een binnenkat gaat. Wil de kat niet spelen? Dan is het belangrijk om ingangen te zoeken tot je dit toch voor elkaar krijgt. Hiermee stijgt het welzijn van de kat namelijk aanzienlijk.
Specifieke (gedragsproblematische) karaktertrekken van populaire raskatten
Burmees
- Territoriale agressie. Sterker nog, zijn er geen problemen dan zoeken ze deze op.
- Kat/kat agressie. Dit begint vaak als ze beginnen te puberen of volwassen worden. Daarvoor hoeft er niks aan de hand te zijn.
- Urine sproeien, met name territoriaal is iets wat de Burmees vaak in de praktijk brengt.
- Broer of zus rivaliteit.
Siamees
- Vacht trekken. De kat trekt dan hele plukken haar uit hun vacht.
- Wol zuigen of op andere stoffen of soms zelfs op oorlellen.
- Chronische angst.
- Afhankelijkheid. Ze vragen dan om aandacht en hebben hier hele strategie챘n voor.
- Urine sproeien. Er zijn zelfs siamesen die om aandacht te krijgen recht in iemand zijn gezicht sproeien.
Pers
- Onzindelijkheid.
- Agressie geassocieerd met de verzorging
Bengaal
- Territoriale agressie
- Kat/kat agressie
- Broer/zus rivaliteit
- Onzindelijkheid
- Sproeigedrag
Op dit gebied wordt de Birmaan ook wel de Burmees met vlekken genoemd.
Birmaan
- Onzindelijk
- Inflammatory bowel disease.
Niet alle bovengenoemde raskatten hebben deze problemen. Het zijn gedragsproblemen die vaak voorkomen bij bovengenoemde rassen.
Binnenkat versus buitenkat
Wat is nu beter? De kat binnenhouden of ook naar buiten laten? Beide hebben zo hun voor en nadelen:
Buiten is er veel meer sprake van verspreiding van ziektes. Denk hierbij bijvoorbeeld aan niesziekte of kattenaids. Binnen is u kat hier veel meer tegen beschermt.
Ook vindt buiten verspreiding van parasieten plaats zoals vlooien. Dit wil niet zeggen dat een binnenkat per defentie vlovrij is. Wel zal deze er minder snel zelf echt last van hebben.
Er zijn katten die buiten graag de overkant van de straat verkennen. Dit houdt dus in, oversteken met alle risico’s van dien. Daarentegen is de binnenkat veel sneller verveelt en zal zich daardoor niet happy voelen en kan zelfs depressief worden, boulimia gaan vertonen en/of agressief gedrag gaan vertonen naar bijvoorbeeld de andere katten.
Dan heb je natuurlijk nog de rakkers die als ze buiten iets lekkers ruiken, hun neus achterna gaan, vervolgens gaan stelen en/of rottigheid uit gaan halen. Dit kan als gevolg hebben dat u relatie met bepaalde buren minder wordt door de kat of dat u met een gewonde kat naar de dierenarts moet omdat deze bijvoorbeeld een abces opgelopen heeft. Daarentegen komen de volgende problemen vaker voor bij katten die niet naar buiten gaan:
- Onzindelijkheid
- Overmatige vachtverzorging
- Compulsive Disorder
- Sproeien
- Agressie
- Destructief gedrag
- Boulimia
Het is voor de binnenkat belangrijk dat er veel oefeningen zijn en mentale stimulatie. Laat de kat naar zijn eten zoeken door het te verstoppen zodat het voor de kat een uitdaging wordt.. Zet het water ergens anders neer dan het voer. De waterfontein is een uitvinding waar de kat erg blij mee is. In het wild staat er ook geen bakje water naar het muizenholletje. De kat kan vanuit stilstand hoge sprongen maken en mag dit ook graag doen daarom is het voor de kat prettig als er in deze behoefte wordt voorzien. Tevens is het belangrijk dat de kat ook hogere rustplaatsen heeft zodat de kat overzicht heeft over de ruimte. Verder waarderen katten het zeer als ze een stil plekje hebben waar ze lekker kunnen slapen zonder gestoord te worden. Eenmaal wakker mag de kat graag even zijn nageltjes bijwerken, zowel horizontale als verticale mogelijkheden ziet de kat graag aanwezig. Aan ons om in deze behoefte te voorzien. Natuurlijk moet de kat zijn behoefte kunnen doen. Net als wij vindt de kat het fijn om naar een schoon toilet te gaan. De gouden regel voor het kattenbakkenbeleid is: evenveel kattenbakken als katten plus 1 kattenbak extra. Na het wassen hebben katten, zeker op momenten dat ze verharen, behoeft om gras of bij gebrek aan beter planten te eten.
Let er goed op dat de kat niet bij giftige planten kan komen en zet voor de kat ergens kattegras neer waar deze van kan eten wanneer de kat hier behoefte aan heeft. ( Er gaan nog steeds jaarlijks katten dood door het hebben van haarballen die voor verstopping zorgen).
Multikathuishouden
Kort maar krachtig: dit werkt niet!
Er is een kleine hi챘rarchische structuur aanwezig bij katten namelijk:
- De topkat
- Middengroep
- Paria kat
Wat je in multikathuishoudens veel tegenkomt is passieve agressie wat voor spanningen zorgt. De eigenaar merkt hier vaak niks aan en denkt dat zijn of haar katten in volledige harmonie leven. Niks is minder waar. Alles wat de katten dan doen gaat volgens een bepaalde structuur om maar de juiste afstand te houden tussen de andere katten.
Gedragsporblemen die je vaak terugvindt in multikathuishoudens:
- Onzindelijkheid
- Sproeien
- Veelvuldige verzorging tot in het overdreven
- Obesitas
- Kat/kat agressie
Wat je veel tegenkomt in de multikathuishoudens is de kattenluik zodat de kat willekeurig naar binnen en naar buiten kan gaan. Wat er maar al te vaak gebeurd is dat er ook andere katten naar binnen komen. Voor de kat des huizes is dit een ernstige inbreuk op zijn territorium. Dit kan je vergelijken met het gevoel dat je hebt wanneer er iemand in je huis heeft ingebroken. Veel mensen zitten dan niet meer lekker ontspannen in hun eigen huis omdat ze weten dat er iemand zomaar ongevraagd binnen is gekomen en overal aan heeft kunnen zitten en bij heeft kunnen komen. Wanneer men besluit het kattenluik te sluiten is het belangrijk dat de kat ook kan ZIEN dat deze gesloten is dit kan door er bijvoorbeeld een plank voor te zetten.